Skip to main content

Kiki Gunneman en Wendela van Dedem. Van een “bakkie pleuâh” naar “effe een bakkie doen”. Begonnen in het Haagse, de één aan de Klatteweg en de ander aan de Buurtweg. Nu al een paar jaar de sluitposten respectievelijk in het Amsterdamse Bos, bij Hurley en Pinoké. Wij interviewden beide doelvrouwen die al jaren met veel passie en fanatisme hun doel verdedigen.

Wendela, jij keept op dit moment alweer een kleine 6 jaar bij Hurley, in de Hoofdklasse. Hoe is het allemaal begonnen voor jou? Ik ben begonnen als kleine steenbok bij HCKZ in Den Haag. Hier ben ik begonnen met keepen toen ik naar de D ging. Ik heb nog steeds een soort gekke jeugdliefde voor KZ, de mensen, en het clubhuis ik kom er graag. Uiteindelijk ben ik in 2016 bij THC Hurley terechtgekomen via Jorge Nolte. Mijn hoofdklasse debuut was tijdens een wedstrijd tegen Den Bosch Dames 1, een lekker potje om mee te beginnen. Sindsdien is Hurley voor mij een tweede thuis geworden. Kan wel alvast verklappen dat komend seizoen mijn laatste gaat worden. Ik heb er enorm veel zin in om nog 1 seizoen te knallen met de meiden.

Kiki, jij keept ook al 6 jaar bij Pinoké. Ook in de Hoofdklasse met 1 seizoen in de Overgangsklasse. Hoe is jouw liefde voor het keepen ontstaan? Ik ben in mijn eerste jaar in de D, toen nog nuldejaars, begonnen met keepen. Het eerste jaar speelde ik nog om de wedstrijd, om zo een goeie vergelijking te hebben wat ik nou eigenlijk leuker vond. Aan het eind van het jaar bleek dat ik zowel keepen als spelen geweldig vond, had je dus net niks aan ;-). Na veel wikken en wegen ben ik uiteindelijk toen maar gaan keepen. Het eerste halfjaar in HGC MD3, het tweede halfjaar ook in MD1. Vervolgens heb ik alle jeugdteams bij HGC doorlopen, en daar 2 jaar in Dames 1 mogen spelen, toen kwam de kans om buiten m’n comfortzone bij Pinoké te spelen, inmiddels voel ik me hier helemaal thuis.

Wat was de uiteindelijke beslissing om te vertrekken naar Pinoké en Hurley. Was dit vanwege jullie studie of misschien een nieuwe uitdaging?

Wendela: Ik studeerde al een tijdje in Amsterdam en na 3 seizoenen voor elke training naar Den Haag rijden wilde ik graag in de buurt spelen. Ik wist dat het niet makkelijk zou worden bij Hurley maar soms moet je een beetje geluk hebben. Hard geknokt voor mijn plekje en de nieuwe uitdaging met twee handen aangegrepen. Als je ergens voor gaat moet je het voor 100% doen.

KikiIk werd gebeld door Pinoké 6,5 jaar geleden, en net als nu waren er ook toen al heel weinig plekjes in de Hoofdklasse. Ik was super gelukkig bij HGC, kende iedereen op de club en was er de hele week te vinden, maar ik vond het ook wel vet om een keer een nieuwe uitdaging aan te gaan. Ik heb toen 2 trainingen meegedaan, en voelde me meteen al goed in het team eigenlijk. Ik weet nog dat Frédérique Malefason en Dana Luijkx daar superbelangrijk in waren, en me meteen welkom lieten voelen, ik hoop eigenlijk altijd dat mensen die nu mee komen doen zich net zo welkom voelen als ik toen.

Sinds jullie vertrek vanuit Den Haag naar Amsterdam (voor jou Wendela nog een tussenstop bij Rood-Wit), merkte jullie toen een verschil qua hockey of de mentaliteit?

WendelaKleine tussenstop inderdaad bij Rood Wit. Hier heb ik echt een andere rol geleerd. Hier moest ik een leider zijn op het veld en daarbuiten. Daar heb ik heel erg veel van geleerd. Bij Hurley is de beleving onder Patrick Bakker enorm gegroeid. Hurley Dames 1 is gaan ervaren en leren wat het betekent op topsport te beoefenen. Dat vond ik mooi om te zien hoe alle meiden daarmee aan de slag zijn gegaan. Inmiddels zit het steeds meer in ons DNA en willen we elke week beter worden.

KikiBij Pinoké merkte ik eigenlijk voor het eerst dat het heel normaal – en noodzakelijk – is om krachttraining te doen naast de normale momenten op de club. Ook hadden we voor het eerst in mijn leven dubbeltrainingen elke week. Gelukkig was het nog steeds wel een team wat behalve heel hard trainen juist ook echt een familiegevoel had. Binnen het team, maar ook met de mensen achter de bar. Dat is gelukkig, ook nu we de afgelopen jaren nog echt wel beter zijn gaan hockeyen, wel gebleven.  

Naast de passie op het veld is deze ook terug te vinden in de zaal? Wat vinden jullie leuker en waarom?

Wendela: Ik ben persoonlijk niet echt een zaalkeeper. Deze zijn meestal snel en wendbaar. Ik blijf liever wat lager op de lijn. Ik denk iets meer een reflexen keeper dan een glijer. Ik had ook al 3 jaar geen zaalstick aangeraakt maar afgelopen seizoen dan door omstandigheden toch aangetreden. Vooral heel leuk om te zien hoe de beleving was en ook met de jongere meiden die konden ervaren hoe het is om finales te mogen spelen. Uiteindelijk verloren we helaas de finale van Den Bosch maar het was echt een hele mooie ervaring.

KikiPfoe moeilijke keus. Ik vind eigenlijk beide heel leuk. Ik vind het tactische spelletje en de wat actievere bijdrage bij de corners in de zaal wel echt heel leuk, maar op het veld is het ook een prachtig spelletje. Ik zou niet een van de twee kunnen kiezen denk ik.

Waar vind jij dat een keeperstraining aan moet voldoen en wat mag er zeker niet in ontbreken?

Wendela: Inmiddels trainen Kiek en ik al 4 jaar samen. Er is bij ons altijd een vriendelijke strijd. We willen allebei graag winnen maar niemand gaat met gestrekt been. Bij een teamtraining heb je minder invloed op de ballen die je krijgt. Je bent afhankelijk van je teamgenoten. Bij keeperstraining ligt de focus op jou en hoe jij beter kan worden. Tijdens een training raken we vooral veel ballen en proberen we elkaar beter te maken. Rebound spellen mogen zeker niet ontbreken. De afgelopen weken hebben we ook met de mannen van SCHC getraind en dan is het zeker hard op hard. De goals tegen worden geteld en eigenlijk mag alles. Door wederzijds respect gaat het nooit mist en stiekem zijn we wel lief voor elkaar.

KikiVeel rebounden, veel balcontacten, maar ook ruimte om af en toe heel even te kletsen. Kan uiteraard ook voor of na de training. Ik vind het altijd wel echt heerlijk om kleine wedstrijdjes te spelen en elkaar een beetje uit te dagen, maar ook hier is afwisseling tussen soms een technische oefening en even bijspijkeren, of alleen maar gaan echt belangrijk. Ik vind het echt superleuk dat ik via de keeperstrainingen met Wen in contact ben gekomen. We kunnen samen echt hard trainen, veel partijen spelen, maar zijn daarnaast ook echt vriendinnen geworden. Ik vind die afwisseling tussen heel leuk en heel serieus persoonlijk echt fijn. Ik vind het ook echt wel leuk om te zien hoe Wen zich bij Hurley heeft ontwikkeld, ze is echt belangrijk voor het teamgevoel, maar kan daarnaast ook echt wedstrijden voor ze winnen. Ben blij dat we vriendinnen zijn ;-).

Vaak hoor je dat kinderen niet snel het keeperspak aantrekken en in het doel gaan staan. Bij sommige clubs levert dit ook problemen op dat ze met teams zitten zonder een vaste keeper. Wat zouden jullie doen om de jeugd uit te dagen om toch in dat doel te gaan staan en de kant van het keepen op te gaan?

Wendela: Als keeper kan je echt het verschil maken. Hoe cool is het dat je bij elke redding applaus hoort en na de wedstrijd schouderklopjes krijgt van mensen die je nog nooit gezien hebt. Je mag een extra keer trainen en je vrienden vinden een training zonder jou helemaal niet leuk. Je weet zeker dat je nooit gewisseld wordt op zaterdag, niemand wil op de bank zitten. Ik zou zeggen, probeer het een keer!

KikiGrappig dat je dat zegt, ik heb nu eigenlijk zowel bij Pinoké als bij het Nederlands team best veel vriendinnetjes die best een keer willen proberen te keepen. Niet als vaste keeper natuurlijk, maar wel om een keertje te doen. Ik denk dat het uiteindelijk het belangrijkst is dat mensen keepen leuk vinden, je moet er de uitdaging in zien om je teamgenootjes of tegenstander van scoren af te houden. Toen ik in de jeugd zat gingen er een paar mensen keepen omdat ze dan een selectieteam zouden halen, die vielen later af omdat ze het niet leuk vonden… Uiteindelijk is het plezier in het keepen en trainen het allerbelangrijkst, en ik denk dat daar een hele mooie taak ligt voor (keepers)trainers.

Wij hebben altijd 2 stellingen voor keepers – geef aan of je het ermee eens bent of oneens en waarom:

Stelling 1: De keeper wisselen voor een veldspeler in de laatste paar minuten is een verstandige keuze.

Wendela: haha vraag dat maar aan Kiek. Ik vind het onzin. In de zaal geloof ik er meer in. Dan is de toegevoegde waarde van een extra speler groter aangezien je al met minder bent. Op het veld zijn er maar weinig teams die deze extra speler goed inzetten. Daarbij zorg je er vaak voor dat de tegenstander gaat terugzakken en een Berlijnse muur rond de cirkel gaat zetten. Je maakt je eigen ruimtes dus vaak een stuk kleiner. Ik weet dat ze er bij Pinoke een handje van hebben om dat te doen. Ik ben gelukkig nog nooit gewisseld op het veld.

KikiLastig, wij doen het met het team best vaak, ik denk wel echt dat er een bepaalde dreiging van kan komen, omdat de tegenstander er ook stress van kan krijgen. Zolang je genoeg kansen krijgt ben ik er echter niet echt voorstander van, omdat je coachend in mijn ogen ook al een hoop kan bijdragen.

Stelling 2: Worden keepers genoeg beschermd door de hockeyregels?

Wendela: Ja dat denk ik wel. Al vind ik soms dat spitsen echt lomp hard inkomen als de bal bijvoorbeeld onder je ligt. Maar ach daar ben je ook tegen beschermd als het goed is.

KikiIk denk het wel, de enige regel die soms lastig is, is dat spitsen die een bal steeds onder je spullen duwen vaak toch een corner krijgen, terwijl je daar als keeper dan toch echt weinig mee kan doen.

Laatste voor de fans:

Wendela:

Wat doe je naast het keepen en “wat wil je later worden als je groot bent”? Naast keepen ben ik actief als Growth Marketeer en zorg ik ervoor dat het bedrijf waar ik voor werk zoveel mogelijk gezien wordt zowel online als offline. Ik ben al best groot eigenlijk, maar als ik stop met hockey ga ik denk ik een tijdje niks met hockey doen. Ik hoop later manager of een andere functie te kunnen vervullen waarbij ik jonge meiden kan helpen. Het is niet altijd makkelijk namelijk om hockey te combineren met je sociale leven en werk/studie. Hier zou ik graag bij willen helpen.

Wat is jouw favoriete goaliegear merk en met welke stick keep je? Obo is absoluut mijn favoriet. Ik heb ook Brabo en TK geprobeerd maar dat vond ik echt een andere categorie. Ik heb Gryphon als stick sponsor. Echt een heel leuk bedrijf met veel jonge mensen. Zijn de afgelopen jaren een beetje mijn vrienden geworden.

Wat is je lievelingseten? Ik ben groot fan van curry’s. Je kan alle kanten op. Maar een Indonesische rijsttafel op z’n tijd daar ga ik ook wel van watertanden.

Wie was jouw grote voorbeeld als keeper? Nu natuurlijk Kiki Gunneman. Vroeger vond ik het supercool om naar Guus Vogels te kijken.

Wie volg jij graag op Instagram? HockeyStyle natuurlijk!

Wat is jouw ultieme tip voor jonge talentvolle goalies? Heb vertrouwen! Met vertrouwen keep je de beste wedstrijden. Je traint er hard voor dus geniet er ook een beetje van.

 

Kiki:

Wat doe je naast het keepen en “wat wil je later worden als je groot bent”? Ik studeer Geneeskunde, ben daar in wachttijd op mijn coschappen en ben daarnaast een master Bewegingswetenschappen aan het doen. Ook werk ik waar mogelijk voor Medicorps. Ik wil later graag arts worden, maar dat hopelijk wel combineren met iets van sport en inspanningsfysiologie of iets dergelijks.

Wat is jouw favoriete goaliegear merk en met welke stick keep je? OBO! Zit goed, beschermt goed en keep ik eigenlijk al mijn hele leven mee. Stick: Grays GK8000. Vind ik een hele lekkere stick waarmee ik veel power aan de bal mee kan geven.

Wat is je lievelingseten? Heb ik niet echt heel specifiek… Vind echt heel veel lekker!

Wie was jouw grote voorbeeld als keeper? Guus Vogels, hij speelde bij HGC toen ik jong was, is nog een keer beste speler (!) geworden op een eindtoernooi met het NL-team, en was ook nog eens een hele aardige man. Verder ben ik uiteraard ook echt fan van Wen (dat rijmt).

Wie volg jij graag op Instagram? Niet echt specifieke mensen eigenlijk, ik vind het leuk om foto’s van vriendinnetjes langs te zien komen, maar ik ben geen super fanatieke Instagrammer.

Wat is jouw ultieme tip voor jonge talentvolle goalies? Zorg dat je het leuk hebt. Maak de trainingen leuk voor jezelf, dan is het ook het allerleukst om te blijven leren. En probeer op elke training het beste uit jezelf te halen, het is helemaal niet erg om fouten te maken, als je maar weer vol overtuiging voor de volgende bal gaat.

 

Beeld: Frits Ketelaars, Kiki Gunneman & Wendela van Dedem privécollectie

Leave a Reply